Seniorenraad Leuven: “Mensen willen mee nadenken over het lokaal beleid, maar een langdurig engagement zien ze niet meer zitten”

Werking ouderenraden
Stadsgesprek Leuven

© Stadsgesprek Leuven

De laatste jaren gaan lokale ouderenraden en lokale besturen steeds vaker op zoek naar nieuwe manieren om de stem van ouderen te vertolken. Zo ook in Leuven. Daar loopt er een traject om een breder netwerk van senioren aan te spreken. Cécile Van Hoecke, voorzitter seniorenraad Leuven en Melissa Vandersypen, beleidsadviseur ouderen en zorg, vertellen ons daar meer over. 

In Leuven loopt er een traject om een breder netwerk van senioren te betrekken bij de seniorenraad. Voelden jullie daarvoor een nood? 

Cécile: “Ja. We voelden al langere tijd aan dat we een grote groep ouderen niet bereikten. Nochtans is 1 op 5 inwoners van Leuven 65-plus, ouderen maken dus een belangrijk deel uit van de Leuvense bevolking. We merkten dat we met hoogopgeleide Leuvense ouderen, ouderen met een lager inkomen of ouderen met een migratieachtergrond zelden in aanraking kwamen.” 

Melissa: “We kregen ook regelmatig van inwoners te horen dat ze eigenlijk niet weten wat de seniorenraad in Leuven allemaal doet. Ook dat maakte duidelijk dat we een groot deel van onze doelgroep niet bereikten.”  

Cécile: “En op de raden waren er ook leden aanwezig die weinig tot geen input gaven. Mensen die het moeilijk vonden om na te denken over noden en behoeften van ouderen, en geen adviezen konden geven aan het beleid. Terwijl die input van ouderen zelf net een meerwaarde is voor de seniorenraad. Ook daarom wilden we extra mensen bereiken om mee na te denken over het lokaal beleid.” 

Mensen willen wel mee nadenken over het lokaal beleid, maar ze willen zich niet meer levenslang aansluiten bij een vereniging of een raad, en maandelijks moeten vergaderen.

Cécile Van Hoecke, voorzitter seniorenraad Leuven

Via het nieuwe traject willen jullie ervoor zorgen dat jullie wel een bredere groep bereiken. Hoe pakken jullie dat aan? 

Melissa: “We hebben ons oor te luisteren gelegd bij andere raden. We hoorden dat er in andere steden en gemeenten wel ouderen willen aansluiten bij de raad, maar dat er weinig ouderen bereid zijn om deel uit te maken van een dagelijks bestuur, of van een algemene vergadering. De reden? Ze willen niet verplicht zijn om maandelijks samen te komen en te vergaderen. Ze gaan liever een flexibel engagement aan.” 

Cécile: “Klopt. Dat is echt de tijdsgeest van vandaag. Mensen willen wel mee nadenken over het lokaal beleid, maar ze willen zich niet meer levenslang aansluiten bij een vereniging of een raad, en maandelijks moeten vergaderen.” 

Melissa: “Daarom hebben we er samen met de seniorenraad voor gekozen om stadsgesprekken te organiseren. Iedereen die geïnteresseerd is in de werking van de raad, is welkom op die gesprekken.  Op die manier capteren we ook de mening van ouderen die geen lid zijn van de raad.” 

Cécile: “En daarnaast willen we ook werken met losse werkgroepen over specifieke thema’s. De seniorenraad met het dagelijks bestuur en de algemene vergadering blijft bestaan. En mensen die geen lid willen zijn van de raad, maar wel een mening hebben over bepaalde thema’s, kunnen dan deel uitmaken van een werkgroep. Of naar een stadsgesprek komen.” 

“De werkgroepen en de stadsgesprekken staan vandaag nog niet op punt. Maar ouderen aantrekken die geen lid zijn van de seniorenraad om hun input te krijgen, is sowieso onze nieuwe toekomstvisie. 

Mensen die geen lid willen zijn van de raad, maar wel een mening hebben over bepaalde thema’s, kunnen deel uitmaken van een werkgroep. Of naar een stadsgesprek komen.

Cécile Van Hoecke, voorzitter seniorenraad Leuven

Wat hebben jullie vandaag al verwezenlijkt? 

Melissa: “Ons hervormingstraject is twee jaar geleden gestart. Eerst organiseerden we gesprekken met onze raad, het dagelijks bestuur en de senioreninspecteurs (inspecteurs in Leuven die alert zijn voor de noden, vragen en problemen van Leuvense ouderen, red.). Ook de lokale dienstencentra, de dienst buurtwerk en de dienst diversiteit van de stad werden betrokken bij die verkennende gesprekken. Dankzij al die gesprekken kregen we zicht op de noden van de Leuvense 65-plussers. Nadien hebben we de Leuvense ouderen zelf bevraagd aan de hand van een vragenlijst. 2.500 inwoners hebben ons een ingevulde vragenlijst terugbezorgd. Met die hoge responsgraad zijn we erg tevreden.” 

Cécile: “In mei 2023 organiseerden we dan ons eerste stadsgesprek, waarbij we samen met ouderen nadachten over specifieke thema’s. We hadden plek voor 160 aanwezigen. En er waren zoveel geïnteresseerden, dat we met een wachtlijst moesten werken. In juni 2023 ging er een tweede stadsgesprek door. En ook dat was volzet.” 

Melissa: “Wat er op dat eerste stadsgesprek besproken is? De resultaten van de bevraging bij de inwoners zijn toegelicht. En journaliste Ann Peuteman kwam spreken over de vooroordelen over senioren. En nadien mochten de aanwezigen in kleine groepjes nadenken over thema’s zoals publieke ruimte, woonvormen, iedereen gelukkig en iedereen betrokken.” 

Cécile: “Elk groepje bestond uit een 15-tal mensen, en in elke groep was er ook een gespreksleider aanwezig. Mensen konden na de gesprekken ook laten weten of ze op de hoogte wilden blijven over de gespreksthema’s, en of ze graag mee wilden nadenken over de nieuwe structuur van de seniorenraad. Het tweede stadsgesprek hebben we op dezelfde manier aangepakt. Al kozen we wel andere thema’s voor de groepsgesprekken, zoals gezondheid & preventie, vrije tijd & verenigingsleven, digitaal mee, vrijwilligerswerk en mobiliteit & bereikbaarheid.” 

Melissa: “We hebben ondertussen ook een werkgroep opgericht die nadenkt over ons breder netwerk rond de raad. Daarin zetelen mensen uit ons dagelijks bestuur, ikzelf, onze schepen van senioren en medewerkers van Avansa (een koepel van sociaal-culturele organisaties, red.). Waarom we voor een samenwerking met Avansa hebben gekozen? Wij hebben zelf veel inspiratie en ideeën, maar de koepelorganisatie helpt ons om het hervormingsproces in goede banen te leiden.” 

Hoe verloopt de samenwerking met de schepen? 

Cécile: “Onze schepen staat volledig achter ons hervormingstraject. Ook hij ziet de meerwaarde van de open werkgroepen en de stadsgesprekken. De samenwerking met de schepen, zowel de huidige als de vorige schepen, is altijd al goed geweest. De schepen is op alle vergaderingen aanwezig, en we mailen en bellen elkaar regelmatig.” 

“Doordat de samenwerking zo goed is, schrijft de seniorenraad bijna nooit officiële brieven en geeft ze nooit officiële adviezen. We kunnen vlot met elkaar babbelen, en er wordt naar ons geluisterd. En wij begrijpen ook dat niet al onze noden en wensen zomaar kunnen ingewilligd worden. Sommige zaken hebben tijd nodig, voor andere zijn er niet onmiddellijk middelen.” 

Melissa: “Dat begrip langs beide kanten is inderdaad één van onze sterktes. De schepen vraagt trouwens ook regelmatig spontaan om advies van de raad. En als er een vraag van de seniorenraad wordt doorgesproken op de gemeenteraad, koppelt hij nadien meteen naar ons terug.” 

“Daarnaast werkt de seniorenraad ook goed samen met de adviesraad toegankelijkheid en de Gecoro (Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening, red.). Iemand van die raden zetelt in onze raad en omgekeerd. En ook met de cultuurraad, de sportraad en de derdewereldraad is er een goed contact. En de samenwerking met seniorenverenigingen loopt ook goed.” 

Zonder de seniorenraad kan je als beleidsmaker ook niet weten of je waardevolle dingen aan het doen bent.

Melissa Vandersypen, beleidsadviseur ouderen en zorg in Leuven

Wat is volgens jullie de meerwaarde van een lokale ouderenraad? 

Cécile: “We horen vaak dat ouderen zich niet gehoord voelen, bijvoorbeeld omdat beleidsmakers vaak jongere mensen zijn. En die kunnen zich minder goed inleven in de wereld van ouderen. De seniorenraad moet er dus voor zorgen dat ook de stem van ouderen wordt meegenomen in het beleid. We geven input van ouderen dus door naar het beleidsniveau, en het beleidsniveau kan op zijn beurt informatie via de raad doorgeven aan de burgers.” 

Melissa: “Zonder de seniorenraad kan je als beleidsmaker ook niet weten of je waardevolle dingen aan het doen bent. Je hebt hun input nodig, om te weten of je met lopende projecten inspeelt op de noden en behoeften van deze doelgroep.”